· 

Column: Jan Dirk van derZee: Het besmette woord

Volwassen mannen die elkaar met de nek aankijken. Een voorzitter die na een doodsbedreiging het complex van zijn voetbalclub ontvlucht. Supporters van het zondag-elftal die op zaterdag staan te juichen als de tegenstander van hun club scoort.

 

In 2018 stonden de regionale media bol van de berichten over de onrust die in het amateurvoetbal was ontstaan nadat een aantal hoofdklasseclubs het idee voor het zogeheten ‘weekendvoetbal’ had gelanceerd. Hiermee zou het traditionele zaterdagzondagvoetbal worden vervangen door een regionaal opgezette competitie zonder vaste speeldagen. Einde oefening voor een wereldwijd uniek systeem, waarvan de fundamenten ruim 100 jaar geleden in een verzuilde samenleving werden gelegd.

 

Het was daarom niet zo vreemd, dat er vier jaar geleden zoveel rumoer ontstond en de plannen voor het weekendvoetbal schielijk in het ballenhok verdwenen. De identiteit van het Nederlandse voetbal stond op het spel. Toch waren de argumenten, die voor de invoering spraken, helemaal zo gek nog niet. Al jarenlang neemt de populariteit van het zondagamateurvoetbal in een aantal regio’s af en je hoeft geen voetbalkenner te zijn om te begrijpen wat de meerwaarde is van een sterk regionaal georganiseerde competitie. Namelijk: meer derby’s, leukere wedstrijden, meer toeschouwers en minder kilometers. Argumenten die opnieuw door mijn hoofd speelden, toen afgelopen week de verzoeken op tafel kwamen van clubs die horizontaal willen overstappen. Een nieuwe regeling, waarbij verenigingen van de 1ste tot en met 4de klasse op een gelijkwaardig niveau mogen verhuizen van de zondag- naar de zaterdagamateurs, of andersom.

 

In totaal zijn er nu 100 clubs die hebben aangegeven de overstap te overwegen, waarvan er 53 het daadwerkelijk gaan doen. Hoewel dat minder is dan ik in absolute zin had verwacht, blijkt het effect groot: 100 procent van de overstappende verenigingen wil in de zaterdagcompetitie spelen en hiervan voetbalt meer dan de helft in KNVB-district West II. Met als gevolg op zondag een halvering van het aantal clubs in dit zuidelijk deel van de Randstad. In West I en Noord bleek de verschuiving minder ingrijpend, maar ook daar stappen respectievelijk 10 en 8 clubs over naar de zaterdagcompetitie, terwijl er in de districten Oost en Zuid I achtereenvolgens 4 plus 1 vereniging, deze keuze hebben gemaakt.

 

Conclusie?

 

De behoefte om over te stappen is duidelijk. Clubs denken daar goed over na. Mooi om te zien, want een eventuele overstap heeft grote gevolgen. Niet alleen verandert het de aard van de vereniging, maar het levert ook praktische problemen op, zoals een toenemende druk op vrijwilligers en accommodatie als zaterdagmiddag het eerste thuis speelt. Het is daarom een kwestie van tijd, schat ik in, dat het weekend weer centraal zal worden gesteld. Verenigingen in de Tweede Divisie voetballen al lang volgens dit principe, zelden een wanklank van zondag- of zaterdagclubs. Op termijn gaat dit ook voor de rest gebeuren, althans is mijn visie. Maar de leden bepalen de agenda.

Eerdere columns van Jan Dirk van der Zee